Enkele dagen geleden:
Ik zag zelden zo’n boeiend programma. Een documentaire die binnenkomt zonder kloppen!
Tegenlicht http://tegenlicht.vpro.nl/ Het einde van bezit, uitzending van 8 november 2015.
Ik wil graag mijn enthousiasme delen, kijk het ook en in dat geval hoef je niet verder te lezen. Tot de volgende keer….
Voor alle anderen:
Ik had het al eerder gehoord en was er door gefascineerd.
Een project van Schiphol waarbij de architect Thomas Rau aangaf voor het nieuwe gebouw geen lampen te willen kopen maar licht, voor vele jaren. Philips werd benaderd maar was niet voorbereid op de vraag. Philips levert toch de producten maar nu licht verkopen? “Pay per lux”.
Philips kwam met een voorstel, een x-aantal lampen, te investeren door Philips.
Terug naar de tekentafel toen bleek dat Rau wilde dat Philips ook de energie moest betalen. Het nieuwe voorstel: andere lampen, minder lampen, gelijke lichtopbrengst.
Weer terug want voor de grondstoffen in de lamp wilde men ook niet betalen want grondstoffen blijven toch hun waarde houden! En Philips ging nadenken over hoe ze de lamp moesten produceren om ná het contract de grondstoffen (of de lamp) weer opnieuw in te zetten. En zo werd het contract gesloten.
Hierin zit de kern van dit betoog.
Philips als producent wil zoveel mogelijk lampen verkopen.
Philips als verkoper van de dienst wil inrichten op basis van de hoogste lichteffectiviteit. Zo weinig mogelijk lampen, minimaal energieverbruik, geen kapotte lampen en hergebruik van de grondstoffen.
Tegenlicht heeft het over een nieuw economisch systeem, een revolutionaire ommekeer.
Wat is er aan de hand?
Edison vond de gloeilamp uit en had daarmee een oplossing bedacht.
Nu blijkt er in Californie een gloeilamp te zijn die al brandt sinds 1901, continu. Om kort te gaan, het is mogelijk om dit te produceren. Maar het verdienmodel van een dergelijke lamp werkt niet. Als iedereen er een heeft is de markt verzadigd. Zo redeneerden de fabrikanten. Dat moet anders.
Alleen om die reden werden er lampen geproduceerd die er na 1000 uur mee stoppen. Nieuwe lamp nodig, dus, voilá, het verdienmodel is er weer. De techniek wordt ingezet om de levensduur te beperken. Absurd.
Neem een wasmachine:
Over 3 jaar is de waterpomp stuk, na 3 jaar printplaat vervangen en over 7 jaar flikkert de voordeur er af. Maar voor hetzelfde geld kan er een machine geproduceerd worden die 20 jaar ongestoord de wasjes draait, maar echt, díe komt er niet.
Het verhaal van een auto is al niet anders. De koelkast. De printer.
Een product is een georganiseerd probleem geworden.
Geen oplossing maar een probleem gecreëerd.
De definitie van nieuw is eigenlijk: nog nét niet stuk! Hallo, bent u er nog?
Tenzij ……we wasbeurten gaan kopen en geen wasmachine.
Mobiliteit gaan kopen en geen auto.
Koeluren. Printwerk per vel. Licht.
We kopen niet het product, we kopen de service.
Hier komt de ommekeer.
De producent maakt duurzame, onverslijtbare, energiezuinige apparaten om geld te verdienen aan zijn service. Niet de consument energiebewust, maar de fabrikant.
En aan het eind van de levensduur heeft hij de grondstoffen over.
Fundamenteel anders denken.
Nu wat anders.
Ik las onlangs het boek Appollo 13 en zag de film nog eens, ergens rond Kerst. Boeiend.
Vanuit het ruimteschip dicht bij de maan zag je de aarde zweven.
Ik praat good old Wubbo na als ik zeg: “maar die aarde, daar moeten we het als mensheid mee doen” (Asteroid mining daargelaten). De aarde, eigenlijk een voorraad grondstoffen, een gesloten systeem. Op is op! Onze huidige maatschappij (ik dus) is alles aan het opmaken. Het gaat écht mis.
Ieder product, die auto, die koelkast, die lamp is in feite ook een magazijntje grondstoffen.
“Afval bestaat niet” zegt meneer van Gansewinkel. Inderdaad hergebruiken we wat maar let op, een gróót deel gaat uiteindelijk naar de afvalverbranding. Mooi want dat wordt groene stroom maar in feite raken we daar grondstoffen kwijt die nooit meer terugkomen. Afvalverbranding is een grondstoffen crematorium. Recycling: just not good enough. Het gaat écht mis.
Nee, de producent moet achteruit gaan denken. Hij is verantwoordelijk voor het apparaat dat zijn dienst geleverd heeft. Hoe maak ik vandaag een product waarvan ik ná zijn levensduur alle grondstoffen kan remonteren? Allemáál kan hergebruiken. Door vandaag iedere grondstof te identificeren in ieder product. Niet een deel recyclen, maar álles hergebruiken, alléén op die manier blijft ons magazijn grondstoffen intact, de aarde intact.
Wat mij betreft geen keuze, dat móet zo.
Hoe bereiken we dat afval inderdáád niet meer bestaat.
Het grondstoffenverhaal is zo belangrijk want er zijn ook veel producten waarvan de levenscyclus niet bepaald wordt door de technische prestatie maar door zijn performance en uitstraling. We willen toch een nieuwe Smartphone als de volgende mooie rondingen heeft! Hoe lang vind ik iets leuk? We produceren hierdoor nóg meer afval.
Ook in die gevallen: identificeren van de materialen bij productie en verantwoordelijkheid voor de remontage. Alle grondstoffen weer ter beschikking, niks afvalverbranding, sorry groene stroom.
Van wegwerp naar super duurzaam. Van energieverslindend naar superzuinig.
Misschien een ommekeer van alle economische waarden.
Gad miljaar!! (sorry voor deze nog resterende Belgische uitdrukking).
Ook dit verhaal is een service van mij als producent.
Voor de eigenwijze lezer: kijk tóch nog eens naar het programma, je zult versteld staan.
Geen product kopen maar de service.
Jan