Ik was al eens vaker bij haar in de keuken, bij Iris. Ik zie in haar veel dat als een inspirerend voorbeeld voor mij werkt. Jaren geleden ontmoetten we elkaar op een NLP-middag en sindsdien is er contact. We dronken koffie, we belden elkaar en wisselden af en toe een berichtje uit. Het moment om haar eens professioneel aan te spreken kwam er ook. In haar keuken dus, jaren geleden, zij heeft het dan over droomdoelen, die van mij wel te verstaan. En mijn droomdoelen zijn haar vak. Om uit te vinden wat er van binnen borrelt, waar het nog eens ooit van moet komen. Dat was toen.
Afgelopen februari was het weer zover, ik toog opnieuw naar haar keuken. De afspraak ontstond enkele weken daarvóór en was een snelle ingeving en appje van mij en een nog snellere telefonische reactie van haar, ik reed op de Parklaan in Eindhoven en aan het einde van de straat hadden we al een afspraak staan! Ik wilde praten over schrijven en wat ik daar mee wilde. Wist ik het niet dan? In ieder geval was er behoefte om eens met een ander daarover te praten.
Op welke manier weet ik niet maar we kwamen op de vraag uit hoe mooi het wel niet zou zijn om iets voor iemand te schrijven, iemand die iets wil zeggen. Iets zó belangrijks, groot of klein, dat een gesproken woord tekortschiet of vooral, te moeilijk is om uit te spreken. Wat zou je daarmee kunnen? Wat betekent het voor die ander? Een fascinerende gedachte. Maar zou ik wel het lef hebben om daarmee naar buiten te treden? Haar opmerking, als reactie op die twijfel aan lef, was dat het altijd begint met een kleine stap. Maak het zo klein mogelijk en zie wat er ontstaat. Ik geef toe: door de wereld klein te maken wordt hij oneindig groot, een gehoorde uitspraak.
Niet veel later, thuis, bleef het idee dagenlang rondspelen in mijn hoofd daarbij vasthoudend aan wat we bespraken. Iemand die iets belangrijks wil zeggen! Kan ik die woorden dan schrijven voor die ander en wat zou dat allemaal kunnen zijn? Ik maakte het kleiner en het idee om een brief te schrijven voor een ander kwam er. Iemand die iets heel belangrijks wil zeggen of schrijven. Misschien aan het einde van een leven, als het nog kan of op een ander “kruispunt”. Die gedachte kreeg al snel vorm en de snelle beslisser in mij startte met het uitwerken, met het bouwen van een website zelfs. De naam mijn-brief-aan had ik snel en vond hem mooi en een gelukje: de domeinnaam was beschikbaar. En zo kreeg het idee steeds meer vorm, de website Mijnbriefaan ontstond. Na feedback van enkele personen die ik de website liet zien, na nog heel veel aanpassingen, na het weglaten van overbodige woorden en website-tierelantijntjes, kwam ik op het punt dat ik ermee naar buiten kon en dat deed ik onlangs, als een kleine stap. Twijfel was er genoeg. Maar is doen niet belangrijker dan perfectie? De eerste reacties op mijn bericht waren erg mooi en meteen kreeg ik droombeelden, ik zag mezelf al praten met iemand om diens brief te schrijven en te luisteren naar verhalen, aangrijpende verhalen.
Die eerste stap, op een dag eerder dit jaar. Op diezélfde dag ook mijn maandelijkse kookclub. Er waren enkele personen die ik nog niet eerder zag omdat de groep van donderdagavond met ons, de woensdagavonders, was gecombineerd. Eén van die anderen was Wim (niet zijn echte naam). Een vriendelijk ogende man. Het was pas ná het koken en na het samen genieten van de vijf gangen dat er een wat kleiner groepje overbleef om nog wat na te praten in de keuken. Ik zie altijd uit naar die momenten, de derde helft bij voetbal interesseert me niet maar de zesde gang hier wel. Toen pas hoorde ik het verhaal van Wim, zijn vrouw was een aantal maanden geleden gestorven, in zijn armen. Hij vertelde er ogenschijnlijk gemakkelijk over, hij was open en gaf aan dat het praten over zijn verdriet een keuze was. Dankbaar voor mensen die wilden luisteren, dat klonk er ook in door. Het hielp hem met verwerken.
Enkele momenten later schoof ik mijn stoel wat dichter naar hem en we hadden een intensief één-op-één gesprek. Alles om ons heen verviel, het geroezemoes in de keuken was niet meer hoorbaar, ik hoorde alleen maar hem en had gewoon geen idee wanneer de rest vertrok. Hij vertelde, ik luisterde, ik vroeg. Raakte steeds meer onder de indruk. De manier waarop hij sprak over het verlies van de meest fantastische vrouw die je maar kunt bedenken, het woord topwijf viel, niet plat en stoer, maar uitgesproken met veel trots. Steeds tegen de tranen aan, ook bij mij. Ik vroeg naar een foto van zijn vrouw en dat iemand vroeg om haar foto raakte hem, ik zag het en kon even niets zeggen toen ik haar zag. Foto’s, ook van zijn dochters, van de grafsteen, hij bezocht het kerkhof iedere dag. Daar in die keuken, een verhaal zó doordrongen van liefde, van emotie, van verdriet, van dankbaarheid. En stevige vloeken dat hij alleen maar in verleden tijd over haar kon praten.
Ik was ontroerd. Hier zat ik dan. Juist op de dag dat ik mijn website wereldkundig maakte. Juist in de week dat ik me al voorstellingen maakte van diepgaande gesprekken met een ander. Ik viel om van verbazing toen ik Wim hoorde zeggen dat hij graag schreef, iedere dag over wat hij beleefde en zelfs dat hij die nacht bij thuiskomst weer zou gaan schrijven. Over die lieve mensen op de kookclub en over mij die naar zijn verhaal luisterde. Toen zag ik plotseling hoe mooi het allemaal samenkwam op deze dag. Ik schrijf over hem, hij over mij.
Van toeval is geen sprake want alles dat er gebeurde was ikzelf. Ik, die ooit zo druk was en holde, ik sta meer stil en ben mezelf. En om jezelf te zijn heb je anderen nodig, gewoon in de keuken. Iris. En Wim.
Oktober 2022
Jan